In de duistere geschiedenis van Kamp Amersfoort vermengden goed en kwaad zich in de persoon van Willem van der Neut. Als bewaker vertoonde hij beestachtig gedrag, maar achter de tralies van een gevangeniscel ontstond een onverwachte en tegenstrijdige kant van de SS'er.
Na de oorlog, in de nasleep van gruwelijke gebeurtenissen, onthulde Willem van der Neut een ontoereikend bekend verhaal. Vanuit zijn cel ontsprongen liefdevolle brieven gericht aan zijn minnares, Erika Lüschen, die de complexiteit van zijn innerlijke wereld onthulden.
Een diepgaande verkenning van de nasleep onthult de verstrengeling van zijn dubbele leven. De onthulling van deze verborgen connectie werpt een schaduw op de reeds grimmige geschiedenis van Kamp Amersfoort, waar de persoonlijke relaties van een bewaker de gebeurtenissen van de oorlog doordringen.